...83...
Dutch Demotech Publications: Technologie voor tien miljard mensen
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | Next >
Technologie voor tien miljard mensen
Artikel geschreven voor het blad "Vormberichten" van de Bond van Nederlandse Ontwerpers BNO
Translation in English
Dieren 30 maart 1996
Ik gun U, lezer van dit verhaal, een lang leven. Dat betekent alleen wel dat U dan (zeg in het jaar 2040) deze planeet zult moeten delen met tien miljard mensen. Van wie er vijf miljard mensen onaanvaardbaar arm zijn. Zou dat samen kunnen gaan met een rustige oude dag?
Ecologisch lijkt het onmogelijk om, -gebruik makend van ons huidige commerci?le en industri?le systeem- (denk weer aan 2040), voor die 5 miljard mensen het inkomen of de welstand te verhogen tot bijvoorbeeld ons huidige niveau.
Onze welvaart delen willen en kunnen we niet. Markt en groei staan dat niet toe. Zouden we onze veiligheid, onze democratie en onze morele waarden kunnen handhaven terwijl hun leefsituatie NIET aanvaardbaarder wordt? Dat lijkt niet erg waarschijnlijk.
Er zitten veel kanten aan dit dilemma, maar we kunnen er van uitgaan dat er hoe dan ook bereikt moet worden, dat deze mensen moeten kunnen beschikken over de primaire middelen voor levensonderhoud. In de speurtocht naar een oplossing van dit dilemma staat de westerse moderne technologie centraal als gereedschap om tot die vermeerdering te komen.
Hiermee wordt een alternatief over het hoofd gezien, namelijk de ontwikkeling van "Technologie binnen Armoede". Nu wordt het bestaan van zo'n Technologie binnen Armoede niet onderkend, of zelfs als vanzelfsprekend ontkend.
Er is hier een keuze mogelijk tussen twee gezichtspunten:
- Armoede is (onder meer) een gevolg van gebrek aan technologie, vooral westerse, moderne technologie.
- Mensen-binnen-armoede zien kans te overleven dankzij een in vele opzichten andere technologie, hier verder te noemen "Technologie binnen Armoede".
Technologie binnen Armoede is dan de manier van samenwerking, de werkmethodes, de gereedschappen en de materialen, waarmee nu de huidige twee miljard mensen-binnen-armoede voor zichzelf zorgen.
Armoede door gebrek aan technologie
Bij het standpunt, dat armoede het gevolg is van gebrek aan technologie, is vanzelfsprekend de remedie om te zorgen voor overdracht van technologie en technologische kennis. Ontwikkelingssamenwerking tussen rijke en arme landen is hierop altijd gericht geweest. Dit doel is nooit bereikt. Inmiddels is duidelijk geworden dat armoedebestrijding op deze wijze niet betaalbaar is.
"Technologie binnen Armoede"
Het standpunt dat mensen binnen armoede kunnen overleven dankzij het bestaan van een "Technologie binnen Armoede", biedt onverwachte perspectieven. Een belangrijk kenmerk van "Technologie binnen Armoede" is, dat het functioneert zonder kapitaalsinvestering of moderne infrastructuur, maar is gebaseerd op direct toepasbare kennis. Dit kenmerkende verschil met moderne technologie geeft "Technologie binnen Armoede" de mogelijkheid zich te ontwikkelen tot een technologie van een nieuwe generatie, verwant aan informatietechnologie. Het heeft daarbij een minimale claim op milieugebruiksruimte en is fundamenteel milieuvriendelijk.
Het huidige lage rendement van Technologie binnen Armoede wordt vooral bepaald door de confrontatie met westerse technologie. Technologie binnen Armoede, dat zijn wortels heeft in (traditionele) ambachtelijkheid, is nu afgesneden van verdere ontwikkeling. Noch bij rijk, noch bij arm leeft de verwachting dat verdere ontwikkeling mogelijk is.
Kunnen ontwerpers zorgen voor nieuwe 'Technologie binnen Armoede"?
Ontwerpers hebben de taak bij te dragen aan verandering en ontwikkeling, maar dan wel in de moderne wereld. Voor dat werk zijn zij opgeleid. Werkzaamheden voor industrie en mode verschaffen ervaring. Als de ontwerper zich wil inzetten voor "Technologie binnen Armoede", is gerichte training nodig om mentaal en associatief aansluiting te krijgen.
Het ontwerp-proces voor hulpmiddelen en werkmethodes bij Technologie binnen Armoede verschilt met datzelfde ten behoeve van moderne technologie. Het is moeilijker en duurt langer. Er is een culturele barri?re; de ontwerper heeft last van vooringenomenheid en vindt het moeilijk zich los te vechten van waaraan hij of zij gewent is. Het kost tijd om een pakket basistrucs te ontwikkelen die van waarde zijn binnen Armoede en als standaard bouwstenen dienen voor ontwerp of ontwerp-benadering.
Zo is het noodzakelijk het idee los te laten dat het ontwerp in ??n fase kan worden vastgelegd. Daarvoor in de plaats komt een snelle opeenvolging van de twee-eenheid ideevorming en prototypebouw en interactie met de gebruiker. Bij concrete uitvoering blijkt ieder idee maar zeer gedeeltelijk uitvoerbaar. Daarentegen geeft de praktijk ook direct aan wat er wel kan. Dat wordt alleen zichtbaar voor het team of de persoon die zelf het idee heeft gekozen uit een mist van veel vage idee?n. Bij taakopsplitsing tussen ideevorming en prototypebouw (zo als gebruikelijk bij industrieel ontwerpen) valt de mogelijkheid weg om te wisselen tussen ideevarianten. Daarmee loopt het ontwerp-proces onmiddellijk vast.
Bij een ge?ntegreerde taak, wordt de ontwerper daarentegen overspoeld met nieuwe mogelijkheden die steeds beter aan de criteria voldoen. De selectie ervan, de afweging en doorontwikkeling van deze mogelijkheden vormt het meeste werk.
"All this is Design!"
Voor wie zoekt, zijn er inspirerende voorbeelden:
- Victor Papanek laat in zijn boek "Design for the Real World" in een geniaal, alles omvattend schema zien, hoe het onderkennen van de mondiale problematiek uitmondt in de noodzaak te ontwerpen. Clusters van sleutelwoorden geven aan: "Niemand ontsnapt aan de noodzaak van hulpmiddelen"; "Wat mensen echt nodig hebben"; "Wat mensen wordt verteld dat ze zouden moeten hebben"; "Hoe valse doelen worden bereikt"; "Hoe zinnige doelen worden verhinderd" en dan "Hoe dit te veranderen" met de conclusie: "All this is Design!"
- Op het gebied van de landbouw beschrijft het boek "Two ears of corn", uitgegeven door de organisatie The World Neighbours, een benadering om een zeer grote verbeteringen in oogstopbrengst te bereiken door de innovatieve capaciteit van boeren in de Derde Wereld te ondersteunen met informatie, waar zij zelf geen toegang toe hebben.
- Een boer in Japan, Masanobu Fukuoka gaat tegen alle gebruikelijke landbouwpraktijken in en komt uit op extreem hoge gewasopbrengsten, maar zonder pesticiden, irrigatie en kunstmest. Zijn research leidt tot "Do nothing farming", dat is beschreven in zijn boek: "The One Straw Revolution".
- Een miljoen exemplaren zijn verkocht van het boek "Where There is No Doctor". Dit boek, geschreven door David Werner, uitgegeven door The Hesperian Foundation, beschrijft het resultaat wanneer gezondheidszorg op dorpsniveau wordt geruggensteund door nieuwe medische methoden.
- "LETS", een methodiek voor uitruil van dienstverlening binnen kleinere gemeenschappen, laat zien dat geld geen voorwaarde is voor een redelijke mate van welstand. De LETS-methodiek is ontstaan in Australi?, is inmiddels populair in Canada en Engeland en wordt sinds kort zowel toegepast in Nederland, als in een project voor verbetering van leefomstandigheden in townships in Durban (Zuid Afrika).
- De kracht van de stichting "De Twaalf Ambachten" in Boxtel ligt in een grote vasthoudendheid -ook met hulp van de lezers van hun blad- om fundamenteel milieuvriendelijke ontwerpen van idee door te laten groeien tot grote bruikbaarheid en effici?ntie. Zelfbouw-tegelkachel en afvalwaterzuivering met rietfilters, zijn twee van hun tientallen initiatieven.
Richtlijnen voor het ontwerpproces
- Zorg voor een zichzelf onderhoudend en versterkend systeem, dat past in wat NU de realiteit binnen armoede is.
- Zorg voor voorzieningen met veel lagere kosten. Wat gevraagd wordt is meer dan de 1:5 reductie uit het Brundlandt-rapport (World Commision on Environment and Development 1987). Het is minstens 1:20, de eis voor duurzame technologie (1:10 tot 1:50 volgens de Raad voor Milieu en Natuuronderzoek, 1992). Meestal nog hoger, 1:100, want dat is het niveau van de nu gangbare technologie binnen armoede in relatie tot het kostenniveau van moderne technologie.
- Er is nodig een explosieve toename van de snelheid van ontwikkeling en resultaat, passend bij de explosieve toename van de groei van de armoede.
Resultaat wordt mogelijk door vast te houden aan het volgende besluit:
- Alleen die middelen en vaardigheden worden benut, die NU de realiteit van armoede vormen.
- Geen externe materi?le hulp is toegestaan. Toepassing en verdere verspreiding vinden plaats op eigen kracht van de gebruikers.
- Productontwikkeling kan onbeperkt profiteren van informatie, waar dan ook beschikbaar (gemaakt). Informatie ongebonden aan kapitaalsinvestering of nieuwe infrastructuur.
- Eis dezelfde functionaliteit of desnoods meer dan wat nu van een vergelijkbaar product verwacht wordt.
- Onafhankelijk van elkaar moeten veel ontwerpers aan dezelfde opdracht of doelstelling kunnen werken en hier informatie over uit wisselen.
De eerste twee besluiten sluiten het gangbare uit, maar geven volle vrijheid om het anders te doen. Die vrijheid is niet gering: geen marketing, geen noodzaak tot verhullende vormgeving, geen distributiekosten, geen investering in productiemiddelen, elke productie-eenheid (meestal erg klein) regelt zijn eigen zaken...
Het enige wat telt is de kwaliteit van het ontwerp: nemen mensen het idee over na eerste introductie, blijven ze het gebruiken en nemen weer anderen het idee weer over voor eigen gebruik of dienstverlening?
Opbouw van eigen ervaring: Demotech, design for self-reliance
Het heeft weinig zin dit soort eisen te formuleren, als ik niet zou kunnen aangeven hoe er aan voldaan kan worden. Met ervaring als werktuigbouwkundig constructeur, ben ik in 1970 via een FAO-congres er mee begonnen en heb ik dit werk later vormgegeven in een stichting met de naam "Demotech". Dat staat voor "Technologie die DEMOcratie kan ondersteunen". Succesvol is Demotech geweest met haar ontwerp van de Touw-pomp. Dit ontwerp wordt wereldwijd toegepast en is een perfecte illustratie van hoe resultaat bereikt wordt, maar ook wat de tegenkrachten zijn. Daarnaast zijn in wisselende samenwerkingsverbanden tientallen andere ontwerpen gemaakt. Sommige duidelijke missers, maar de meeste hebben de potentie de 1:5, de 1:20 of zelfs de 1:100 grens van "Technologie binnen Armoede " te halen.
Eigen gebied voor ambacht en industrie
Voor verspreiding van kennis bestaat nu Internet; communicatie via marktplaats, theehuis of caf? kunnen daarop aansluiten. Daarmee kan de voorsprong van de industrie op het ambacht wat betreft toepassing van kennis snel afnemen. Als voor vervaardiging dan ook geen speciale machines meer nodig zijn, wordt ambachtelijke vervaardiging superieur. Ook hiervan is de Touw-pomp een voorbeeld: hoewel tientallen malen goedkoper, is de Touw-pomp door informatie-ontwikkeling superieur geworden aan elke fabriekspomp met een vergelijkbare functie.
Iemand moet de ontwerper betalen. Voor de hand ligt dat de overheid of een boeren organisatie of een consumentenorganisatie opdracht kan geven om moderne technologische informatie geschikt te maken voor kleinschalige verbanden. Dan kunnen verbazingwekkend effici?nte eenheden ontstaan, die uiterst zuinig met materiaal, energie en arbeid omspringen.
Daarmee zijn de voorwaarden vervult om van het proces van ontwikkeling van praktische kennis vanuit interactie tussen ambacht en industrie een autonoom, zelfversnellend en zelfversterkend proces te maken.
Basisvoorzieningen zijn het terrein van ambacht en doe-het-zelf. De innovatieve aanpak van de basisvoorzieningen straalt uit naar de industrie, waardoor bulkproductie van grondstoffen en hightech producten effici?nter kunnen worden vervaardigd.
De exponenti?le groeicurve van armoede en milieubederf kan dan worden ingehaald door een snellere groeicurve van effici?nter en zuiniger gebruik. Daarmee komt een oplossing in zicht voor het de economische en technische aspecten van armoede en milieubederf.
Ontwerpcase Touw-pomp.
1975 Een ontwikkelingswerker vraagt Demotech te werken aan een waterpomp voor irrigatie. Er zijn foto's en beschrijvingen van de locatie. De boeren gebruiken nu touw en een bak van binnenband rubber, verder stokken en stenen. De ontwerpschets geeft aan hoe daarmee in principe wind- dier en menskracht kan worden benut. In Amsterdam maken we de pomp, die redelijk werkt.
1976 Eerste toepassing in Burkina Faso. Betere werking van de pomp is mogelijk door brede canvas band toe te passen i.p.v. touw. Katoenen band wordt in Burkina in huisnijverheid gemaakt. In Amsterdam werkt de pomp uitstekend, maar in Burkina blijkt katoenen band te duur en niet stevig.
Tegen onze verwachting in is er op de markt voor normale prijzen kunststof touw en PVC-pijp te koop. Gebruik van deze moderne materialen maakt een constructie mogelijk die duurzaam en effici?nt is. Bij zelfbouw kost de pomp niet meer dan de prijs van touw en pijp.
1979 Toepassing op Java. Het idee slaat aan. Een studentenorganisatie verspreidt het " idee Touw-pomp" over Java. We ondervinden dat sommige details beter moeten. De pomp-as gemaakt van pijp kan doorslijten en lassen is niet altijd mogelijk. Een boer neemt het initiatief om wiel en opbouw geheel van hout te maken.
1982 Een collega ontwikkelingswerker introduceert de Touw-pomp in Nicaragua. De Touw-pomp slaat goed aan. Mensen kunnen de kostprijs betalen en kunnen zonder hulpmiddelen de pomp monteren in geboorde putten tot 80 meter diep. Er zin nu meer dan 5000 touwpompen in gebruik.
1984 Een project in Thailand. Thaise boeren zij effici?nte timmerlui. Een ruwe houten opbouw voldoet. De vrouwen zorgen voor het pomptouw en onderhoud. Wat opvalt is de snelheid waarmee de pomp na introductie wordt nagemaakt.
1986 Een project in Ghana. Ganse boeren zijn niet minder effici?nt. Hun vrouwen nemen de taak op zich om de pomp te monteren in het 60 meter diepe boorgat. Zuigers hakken zij uit hout met een kapmes en doorboren deze met een gloeiende pook.
1988 Een vervolgproject in Ghana. Er wordt een pomp-wedstrijd georganiseerd tussen een fabriekspomp en de Touw-pomp. De Touw-pomp wint: er is veel minder kracht nodig en er komt twee maal zoveel water naar boven.
1996 Verdere ontwikkeling van de Touw-pomp: Meer water, minder kracht, robuustere uitvoering, sneller onderhoud, snellere kennisoverdracht... . Een project is in voorbereiding.
Ontwerpcase voor Eco-Stabiel Bouwen en Wonen.
Bouwen in Nederland van een ruime comfortabele woning binnen de milieugebruiksruimte. Dat lijkt te kunnen met inspiratie van bouwtechnieken uit Ghana, Thailand en Indonesi?. Ronde dennenstammen uit het bos worden in een langzaam lopende zaag-automaat verzaagd tot vierkante balkjes, dikke en dunne. Daaruit worden vloeren en wanden samengesteld. Aan ruw materiaal kost het huis minder dan 10.000 gulden. Het modulaire bouwsysteem maakt zelfbouw mogelijk.
Onderschriften behorende bij de illustraties
- Deze allereerste ontwerpschets (1975) geeft aan hoe in principe wind- dier- en menskracht kan worden benut bij de aandrijving van een waterpomp. Aan het pomptouw zijn bakjes van binnenband rubber genaaid. (Schets afkomstig van ontwerpschema i.s.m. het KIT in 1976)
- Werkingsprincipe van de Touw-pomp. Bij de huidige uitvoering wordt ook het neergaande deel van het pomptouw door een buis geleid. (schets afkomstig van leaflet "the Rope-pump")
- Eco-Stabiel Bouwen & Wonen binnen de mondiaal geldende milieugebruiksruimte: twee woonlagen op een betonnen fundatie bak en een dakverdieping met terras. De modulaire bouwmethode van beton, leem en hout is afgestemd op zelfbouw. (perspectief tekening gemaakt door Ruud Beugels)
Reinder van Tijen
Stichting Demotech / Postbus 303 / 6950 AH / Dieren
Dutch Demotech Publications: Technologie voor tien miljard mensen
1 | 2 | 3 | 4 | 5 | Next >
|